Veelgestelde vragen over leren en subsidies

U kunt plekken melden via lerenwerken@stlwerkt.nl of door contact op te nemen met uw adviseur werk in de regio.

Code 95 is een aanduiding op het rijbewijs, die achter een voertuigcategorie is geplaatst. Deze code is verplicht voor het beroepsmatig besturen van een voertuig waarvoor rijbewijs C1(E), C(E), D1(E) of D(E) noodzakelijk is. De code is 5 jaar geldig en kan verlengd worden door het volgen van nascholing. Code 95 is verplicht voor alle beroepschauffeurs uit de EU en beroepschauffeurs die in de EU werken. Dit is geregeld in de Richtlijn vakbekwaamheid. 

Nee, je kandidaat is dan vrijgesteld voor de testdag. Meld je doorstroom- of zij-instroom kandidaat aan voor de subsidieregeling voor het E bij C-rijbewijs.

Ook hem of haar kun je aanmelden voor de subsidieregeling voor het E bij C-rijbewijs. Er is voor je eigen medewerkers (en doorstromers uit de sector) subsidie beschikbaar voor code 95-opleidingen via SOOB Subsidiepunt. Check de voorwaarden voordat je subsidie aanvraagt. Let op: voor het opleiden van zij-instromers (die dus nog niet in de sector werken) valt het behalen van code 95 niet onder de subsidieregeling.

De rijopleiding duurt bij de meeste mensen 5 tot 6 maanden. Moeten er herexamens worden gedaan? Of wordt het behalen van rijbewijs E (aanhangwagen) in de opleiding meegenomen? Dan kan het langer duren.  
Een kandidaat die veel tijd kan besteden aan de opleiding kan ook sneller klaar zijn. De planning van de opleider kan eveneens van invloed zijn op de duur van de opleiding.

Ja, dat kan. Je kunt de kandidaat een tijdelijk contract aanbieden. Dan werkt de kandidaat bijvoorbeeld als magazijnmedewerker of bijrijder. Zo leert hij of zij jouw bedrijf alvast kennen.

Voor doorstromers ontvang je van SOOB 75% subsidie op het lesgeld. Je kandidaat hoeft geen eigen bijdrage te betalen.  

Voor zij-instromers die vrachtwagenchauffeur worden ontvang je 60% subsidie op het lesgeld. Je kandidaat betaalt een eigen bijdrage van maximaal 15%. 

Daarnaast komen er nog andere kosten bij voor je kandidaat, zoals lesmateriaal, examengeld, medische keuring en de Verklaring Omtrent Gedrag (VOG). Deze kosten kun je ook als werkgever betalen. Spreek daarvoor een studiekostenovereenkomst met je kandidaat af.  

Dit hangt onder andere ervan af of je kandidaat rijbewijs C of CE nodig heeft. Maar ook of je kandidaat in één keer slaagt of herexamen(s) moet doen. Je kunt een zij-instromer natuurlijk ook eerder in dienst nemen, maar niet als Chauffeur Goederenvervoer. 

Het contract moet in ieder geval ingaan binnen een maand na het afronden van de opleiding.

In veel gevallen kun je hiervoor subsidie aanvragen via SOOB Subsidiepunt. De subsidies zijn beschikbaar voor personen die al werkzaam zijn in de sector of binnen 4 maanden aan het werk gaan in de sector (doorstromers). Zie hiervoor de brochure van SOOB Subsidiepunt.

Op de testdag worden verschillende testen gedaan: 

• Capaciteitentest. Hiermee testen we online de competenties en talenten. 
• Competentietest. Hiermee testen we de competenties en talenten. 
• Nederlandse taaltest. Hiermee testen we online de kennis van begrijpend lezen. De test is gericht op het begrijpen van de theorie van de opleiding en de examens. 
• Reactievermogentest. Hiermee testen we online de reactiesnelheid onder druk. 
• Rijcapaciteitentest. Hiermee testen we de rijvaardigheid. Samen met een instructeur wordt er ongeveer een uur proefgereden in een vrachtwagen. 

Tijdens de opleiding vindt er een medische keuring plaats. De kandidaat krijgt hierover een bericht van de opleider. De keuring wordt gedaan door een Arboarts.  
Als de kandidaat ergens last van heeft, kan dit gevolgen hebben voor de opleiding. Bespreek eventuele blessures daarom vooraf. 

De keuring kost € 100 tot € 150. Deze kosten moet de kandidaat zelf betalen. Eventueel kun je deze kosten opnemen in een studiekostenovereenkomst die je met de kandidaat afspreekt.

De kandidaat betaalt voor de VOG. Je kunt de kosten natuurlijk ook voor jouw rekening nemen.

In het formulier baangarantie wordt vastgelegd welke opleidingen de kandidaat gaat volgen. Het formulier wordt digitaal verzonden nadat de zij-instromer de testdag heeft gehad. Jij en de kandidaat ondertekenen dit formulier digitaal. Dit is nodig in verband met de subsidie. 

Wil je het formulier alvast inzien? Kijk dan op het SOOB Subsidiepunt onder het kopje ‘Formulieren’. 

Ja, dat kan. Onze adviseurs bekijken alleen of jouw medewerker SOOB-premie afdraagt.

Dat kan alleen voor SOOB-gecertificeerde opleidingen die te vinden zijn op het SoobSubsidiePunt. Hier kun jij als werkgever een opleiding aanvragen voor één van jouw medewerkers. Deze opleidingen zijn allemaal werkgerelateerd. Het opleidingsbudget wat jouw werknemer zelf kan aanvragen kan ook worden ingezet voor niet-werk gerelateerde opleidingen. 

Nee, rijbewijzen vallen niet onder de subsidievoorwaarden. 

Als je een student-werknemer een leerwerkplek biedt, moet jouw bedrijf een Erkend Leerbedrijf zijn. STL plaatst alleen studenten bij erkende leerbedrijven. Deze erkenning moet je aanvragen bij de Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (SBB). Het maakt niet uit hoe groot je bedrijf is.

De SBB beoordeelt de aanvraag op de volgende criteria:

• Passen de werkzaamheden bij de opleiding van de student?
• Is er een praktijkopleider aanwezig om de student elke dag te begeleiden?
• Is de werkplek veilig?

Heb je hulp nodig bij de aanvraag? Neem contact op met ons en we helpen je verder.

De Subsidieregeling praktijkleren stelt de volgende voorwaarden: 

• Je hebt een student in dienst voor minimaal 7 weken. Deze termijn is exclusief het aantal weken verlof en/of ziekte. 
• Je hebt een Beroepspraktijkvormingsovereenkomst (BPVO) met de student-werknemer. Deze overeenkomst is getekend door jou, de student en het ROC of de Vakschool. Neem contact op met de onderwijsinstelling als de BPVO ontbreekt. 
• Je hebt een aanwezigheid- en urenregistratie van de student-werknemer. 
• Er is een administratie waarmee de begeleiding aangetoond wordt. Daarbij kun je denken aan een takenboek, presentielijst, voortgangsadministratie of BPV-handboek. 
• De opleiding die de student-werknemer volgt is goedgekeurd door de Onderwijsinspectie. 

Als je aan alle bovenstaande voorwaarden voldoet, dan kun je de Subsidie praktijkleren aanvragen.

 

Per leerwerkplek kun je maximaal € 2.700 ontvangen (over een periode van 40 weken). Uitbetaling van de subsidie vindt plaats binnen 13 weken nadat de aanvraag is ingediend. Vraag de subsidie wel tijdig aan. Via STL Praktijkleren doe je dat vóór 31 augustus. Subsidieverstrekker RVO heeft namelijk een uiterste inleverdatum. 

We hebben vóór 31 augustus jouw akkoord nodig om je subsidieaanvraag in te kunnen dienen t.b.v. het eerstvolgende schooljaar. 

De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) heeft een eigen deadline. Wij dienen alle subsidieaanvragen in die vóór 31 augustus om 17.00 uur door jou zijn geaccordeerd. 

De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) voert de Subsidieregeling praktijkleren uit en controleert de aanvragen. RVO doet dit namens het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. RVO betaalt de subsidie ook uit.  

Voor Subsidieregeling praktijkleren werkt STL samen met Funding Subsidiemanagement B.V. Dat is een organisatie met jarenlange ervaring met subsidietrajecten. De samenwerkingsovereenkomst staat dan ook op naam van deze organisatie.

Ja, dat mag. STLheeft een verwerkingsovereenkomst met hen gesloten. Zij mogen de data die STL aanlevert alleen gebruiken voor het verwerken van de subsidieaanvraag. Hierdoor voldoet STL ook aan de AVG-wetgeving. 

Nee, voor het inloggen op en het gebruiken van STL Praktijkleren heeft niemand in jouw organisatie eHerkenning nodig. 

Dat kan alleen voor SOOB-gecertificeerde opleidingen die te vinden zijn op het SoobSubsidiePunt. Hier kun jij als werkgever een opleiding aanvragen voor één van jouw medewerkers. Deze opleidingen zijn allemaal werkgerelateerd. Het opleidingsbudget wat jouw werknemer zelf kan aanvragen kan ook worden ingezet voor niet-werk gerelateerde opleidingen.

Ja dat kan. Onze adviseurs bekijken alleen of jouw medewerker SOOB-premie afdraagt.

De opleiding komt voor subsidie in aanmerking voor de duur die in het opleidingsregister is vastgelegd (de ‘nominale duur’). De periode dat de student langer over de opleiding doet dan de nominale duur is wordt dus niet meegenomen in de subsidie.

Als de opleiding tussentijds wordt stopgezet, bijvoorbeeld door langdurige ziekte, dan kan geen aanspraak worden gemaakt op de Subsidieregeling praktijkleren. Tijdens die periode vindt er geen begeleiding in de praktijk plaats. Er kan daarmee niet aan de voorwaarden van de Subsidieregeling praktijkleren worden voldaan. 

Ja, dit heet cumulatie en is mogelijk. De Subsidieregeling praktijkleren bevat geen bepalingen die dat uitsluiten. Let op, want bij andere regelingen kan dat wél het geval zijn.

Nee, het opleidingsbudget mag niet gecombineerd worden met andere subsidies zoals het STAP-budget. Het is niet toegestaan om de opleiding via een andere wijze te bekostigen of te subsidiëren.

Ja, ook dan kun je gebruikmaken van STL Praktijkleren. Voorwaarde is dat je afdraagt aan SOOB. Voor je student-werknemer(s) brengen wij dan een vergoeding in rekening van 8,5% van het vastgestelde subsidiebedrag. Je profiteert daarmee van: 

• Zekerheid over je subsidieaanvraag: wij controleren jouw aanvraag op volledigheid en juistheid. 

• Altijd inzicht in de subsidieaanvraag. 

• Uitgebreide managementinformatie tijdens het aanvraagproces en erna. 

Nee, rijbewijzen vallen niet onder de subsidievoorwaarden.

Als organisatie ontvang je van het SBB (Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven) een erkenningscode (leerbedrijf-ID). Je leerbedrijf-ID staat op de BPVO van de deelnemer en bestaat uit 9 cijfers. Je kunt je leerbedrijf-ID ook vinden op www.stagemarkt.nl. Je leerbedrijf-ID heb je nodig voor je subsidieaanvraag. 

Zonder een getekende BPVO kun je geen gebruik maken van de Subsidieregeling praktijkleren. De overeenkomst heeft geen vaste opzet, daarom adviseren wij om minimaal de volgende gegevens in de overeenkomst te zetten: 

• Van de student-werknemer: naam, adres, postcode, woonplaats, burgerservicenummer (BSN), geboortedatum en geslacht; 
• Van de werkgever: naam, naam vertegenwoordiger, adres, postcode, woonplaats; 
• Van de locatie (als deze anders is dan van de werkgever): naam, adres, postcode, woonplaats; 
• Van de onderwijsinstelling: naam onderwijsinstelling, locatie, naam vertegenwoordiger, functie; 
• Over de opleiding: opleidingsnaam, niveau, leerweg; 
• Over de omvang en duur: periode praktijkvorming, duur, uren per week; 
• Over de begeleiding: naam praktijkbegeleider, naam onderwijsbegeleider; 
• De overeenkomst is door de volgende personen ondertekend: onderwijsinstelling, werkgever, student, SBB. 

Ontbreekt de BPVO? Neem dan contact op met het ROC of de Vakschool. 

STL helpt je bij het verzamelen van de bewijslast die je nodig hebt om in aanmerking te komen voor de Subsidie praktijkleren. De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) controleert steekproefsgewijs de subsidieaanvragen. 

Als werkgever en aanvrager van de subsidie blijf je verantwoordelijk voor de aanvraag, het aanleveren en de kwaliteit van de bewijslast. Maak dus kopieën of scans van belangrijke documenten, zoals het BPV-handboek. 

De bewijslast bestaat uit: 

• Een beroepspraktijkvormingsovereenkomst (BPVO of POK). De BPVO is door alle partijen getekend. In de BPVO moet je kunnen zien hoe de student-werknemer wordt begeleid. Ook moet je zien welk deel van de leerdoelen van de beroepsvorming bij de werkgever wordt behaald. Bij een nieuwe opleiding of leerwerkplek hoort een nieuwe BPVO. 
• Een aanwezigheidsregistratie van de student-werknemer. De aanwezigheidsregistratie kan een uitdraai van het digitaal tijdschrijfsysteem zijn, een presentielijst of een geldig arbeidsovereenkomst met een verzuimregistratie. Het is belangrijk dat de registratie aantoont hoeveel praktijkvormingsuren de student-werknemer heeft gewerkt. STL zorgt ervoor dat deze gegevens aan het dossier worden toegevoegd. 
• Een administratie die de begeleiding en de (op het aanvraagmoment) behaalde leerdoelen aantoont. De administratie kan bestaan uit: 
  • Een (BPV-)werkboek van de student-werknemer 
  • Een gespreksverslag van een tussentijdse beoordeling of evaluatie (Download een voorbeeld hier) 
  • Een beoordelingsformulier dat STL per opleiding beschikbaar stelt 

    
    Download hieronder het benodigde beoordelingsformulier: 
    Assistent logistiek medewerker 
    Logistiek medewerker 
    Logistiek teamleider 
    Logistiek supervisor 
    Chauffeur wegvervoer 
    Planner wegtransport 
    Medewerker havenoperaties 
    Medewerker havenlogistiek 
    Coördinator havenlogistiek 
    Coördinator havenoperaties 

     

Tijdens het werken en leren in jouw bedrijf gaat een BBL’er een mbo-diploma behalen. Als de student-werknemer dit diploma op zak heeft, heb jij de eerste kans om hem/haar in dienst te nemen. Daar zijn geen kosten aan verbonden. Je kunt er ook voor kiezen om deze medewerker voordelig en flexibel in te blijven zetten via STL. Wij detacheren hem/haar dan bij jou, zoals we dat al deden tijdens de opleiding.

Heeft jouw bedrijf een erkenning als leerbedrijf? Indien ja, dan kom je in aanmerking voor de Subsidieregeling praktijkleren. Je kunt dan tot € 2.700 subsidie ontvangen voor elke BBL-leerwerkplek die je aanbiedt. 

Tijdens het werken en leren in jouw bedrijf gaat een BBL’er een mbo-diploma behalen. Als de leerling-werknemer dit diploma op zak heeft, heb jij de eerste kans om hem/haar in dienst te nemen. Daar zijn geen kosten aan verbonden. Je kunt er ook voor kiezen om deze medewerker voordelig en flexibel in te blijven zetten via STL. Wij detacheren hem/haar dan bij jou, zoals we dat al deden tijdens de opleiding.

Een praktijkopleider aanstellen is één van de voorwaarden om een Erkend Leerbedrijf te worden. Een praktijkopleider is het eerste aanspreekpunt voor de leerling-werknemer. Hij (of zij) maakt de leerling-werknemer bekend met de praktijk van de opleiding. De praktijkopleider heeft nog meer taken:
 

• Bepalen van de leeractiviteiten van de leerling-werknemer. Een belangrijk onderdeel van deze activiteiten zijn praktijksituaties die ook voorkomen in het beroep waarvoor de leerling-werknemer wordt opgeleid.
• Zorgen voor een goede leeromgeving.
• Bijsturen van de leerling-werknemer bij wanneer dit nodig is.
• Motiveren van de leerling-werknemer en bespreken wat voor met hem nodig is in de begeleiding.
• Monitoren van het leerproces van de leerling-werknemer.
• Contact houden met de begeleider van de Vakschool of het ROC en met de adviseur van het Sectorinstituut.

Al deze onderdelen komen in de (gesubsidieerde) opleiding tot Praktijkopleider van STL aan de orde.

Als je een leerling-werknemer een leerwerkplek biedt, moet jouw bedrijf een Erkend Leerbedrijf zijn. STL plaatst alleen leerling-werknemers bij erkende leerbedrijven. Deze erkenning moet je aanvragen bij de Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (SBB). Het maakt niet uit hoe groot je bedrijf is.

De SBB beoordeelt de aanvraag op de volgende criteria:

•  
• Passen de werkzaamheden bij de opleiding van de leerling?
• Is er een praktijkopleider aanwezig om de leerling elke dag te begeleiden?
• Is de werkplek veilig?

Heb je hulp nodig bij de aanvraag? Neem contact op met ons en we helpen je verdet
 

Een praktijkopleider aanstellen is één van de voorwaarden om een Erkend Leerbedrijf te worden. Een praktijkopleider is het eerste aanspreekpunt voor de student-werknemer. Hij (of zij) maakt de student-werknemer bekend met de praktijk van de opleiding. De praktijkopleider heeft nog meer taken:

• Bepalen van de leeractiviteiten van de student-werknemer. Een belangrijk onderdeel van deze activiteiten zijn praktijksituaties die ook voorkomen in het beroep waarvoor de student-werknemer wordt opgeleid.
• Zorgen voor een goede leeromgeving.
• Bijsturen van de student-werknemer bij wanneer dit nodig is.
• Motiveren van de student-werknemer en bespreken wat voor met hem nodig is in de begeleiding.
• Monitoren van het leerproces van de student-werknemer.
• Contact houden met de begeleider van de Vakschool of het ROC en met de adviseur van het Sectorinstituut.

Al deze onderdelen komen in de (gesubsidieerde) opleiding tot Praktijkopleider van STL aan de orde.

Als inlener ben je volgens de wet verplicht te checken of STL als uitzendbureau bij de Kamer van Koophandel is ingeschreven. Een eenmalige check is daarvoor voldoende. 

WKA staat voor Wet Ketenaansprakelijkheid. Deze wet is van toepassing als STL student-werknemers bij jouw bedrijf detacheert. Met de WKA-verklaring weet je zeker dat STL de loonheffingen en omzetbelasting correct heeft betaald. Je loopt op dat punt dan geen risico rond de inlenersaansprakelijkheid.

De WKA-verklaring wordt afgegeven door de Belastingdienst. Wij publiceren elke 3 maanden de nieuwe versie.

Inleners die gebruikmaken van een uitzendorganisatie met het SNA-keurmerk (zoals STL) zijn per 1 juli 2012 onder voorwaarden gevrijwaard van de inlenersaansprakelijkheid. Zij worden dan niet aansprakelijk gesteld voor de betaling van achterstallige loonheffingen en omzetbelasting wanneer STL zijn  verplichtingen niet zou nakomen. 

Een G-rekening is in feite een Geblokkeerde rekening. STL heeft een overeenkomst met de Belastingdienst. Deze aparte rekening maakt daar deel van uit. Het geld dat op deze rekening wordt gestort, kan STL alleen gebruiken voor het betalen van loonheffingen en belastingen aan de Belastingdienst.  

De Kiwa-verklaring laat zien dat STL chauffeurs mag uitzenden/detacheren.